Appeltaart met een klein beetje boter

Zoals ik vorige week al vertelde, is het hier appeltijd. Waar ik al dat fruit vandaan haalde, kon je toen ook al lezen. Er zitten nu een aantal potjes appelmoes in de diepvries, maar ik wilde er ook wel nog iets anders mee doen. Daarom opteerde ik een paar dagen terug voor een appeltaart met een beetje boter. Op mijn tabblad 'Recepten' vond je eerder al een versie zonder boter en eentje mét boter, nu dus eentje die er tussenin ligt.

Je vraagt je misschien af waarom ik zo moeilijk doe, maar de maag wil hier niet altijd even goed mee. Soms valt een taart met veel boter me wat zwaar, waardoor ik ook een recept  zonder vetstof in elkaar flanste. Toen het woord droog bij het proeven plots viel, wist ik dat ik het voor het ventje over een andere boeg moest gooien. Daarom voegde ik aan mijn 'droog recept' een 50 gram boter toe. De taart is plots een pak smeuïger.

Ingrediënten:

• Een vel bladerdeeg
• Een paar appels (naar eigen invullen)
• 200 gram suiker
• 3 eieren
• 150 gram zelfrijzende bloem
• 50 gram boter

Bereiding:

• Smelt de boter op een laag vuurtje.
• Leg het vel bladerdeeg in de bakvorm. Je hoeft het bakpapier niet te verwijderen. Plooi de resterende boordjes wat over zodat je een dikke rand bekomt. Prik met een vork gaatjes in het deeg.
• Snij de appels in schijfjes en leg ze op het bladerdeeg. 
• Maak het deeg met de boter, de bloem, de suiker en de eieren.
• Giet het deeg over de appels.
• Zet alles minstens een halfuur in een voorverwarmde oven van 180°C.

Smakelijk!